Nadat ze eerder al The Winter's Tale onder handen nam, bewerkt de jonge Vlaamse regisseuse Lisaboa Houbrechts nu met het Brusselse collectief Kuiperskaai het tijdloze Hamlet. Schitterende Franse première in de Phénix in Valenciennes, op het festival Cabaret de Curiosités.
Hamlet, alweer? We konden het ergste vrezen, want dit eerbiedwaardige werk is al onder alle mogelijke invalshoeken en op alle mogelijke manieren benaderd, van het zwaarst opgeblazen academisme tot het meest gekunstelde postmodernisme. Oef, eindelijk vers bloed. Want Lisaboa Houbrechts maakt zich met een uitgesproken hedendaagse onstuimigheid meester van Shakespeares mythische verhaal, zonder terug te schrikken voor overdrijving en buitensporigheid. Het tragikomische register draagt de stempel van Jan Lauwers, en dat is geen toeval: lichtjes pervers heeft Houbrechts – zelf de schoondochter van de Belgische regisseur – de rollen aan haar familieleden toevertrouwd. Grace Ellen Barkey, echtgenote van Jan Lauwers en iconische figuur van Needcompany, speelt Gertrude, hun zoon Victor Lauwers is een prima Hamlet met het voorkomen van een onberekenbare hipster, terwijl hun dochter Romy Louise Lauwers een kokette Ophelia neerzet. Wat is er beter dan een echte acteursfamilie om het vuur onder de klucht van het nepotisme, de kwellingen van de hartstocht en de honger naar macht witheet te stoken?
Poëtische vindingrijkheid
Het spel van de acteurs, tussen performance en choreografie, spitst zich toe op houdingen, tegenover elkaar of in lichamelijk contact, met hortende bewegingen. Als het al geen kluchtig opduiken aan de voet van het doek is tijdens een decorwissel. Houbrechts amuseert zich en wij amuseren ons met haar. De scenografie van abstract schilder Oscar van der Put zet primitieve middelen in – schaduwtheater, kartonnen maskers, eenkleurige zeilen – waarvan de suggestieve kracht teruggaat op de essentie van Shakespeares werk. Geen videoschermen of technologie die tekortkomingen moet verhullen, maar een eerbetoon aan de meest archaïsche theatertraditie. De gezichten zijn wit gepoederd wanneer de dood rondwaart, een mengeling van slonzige butō, neorealisme en decadente glamour. Op het toneel strijden zwart, wit en felkleurige vlakken om de overhand ; ze ontlenen de ogenschijnlijke tegenstelling van hun barok minimalisme aan de beeldende kunsten, als een onwaarschijnlijke ontmoeting tussen Steven Parrino en Albert Serra. Zonder spectaculaire kunstgrepen of vuurwerk benut Houbrechts haar schaarse middelen buitengewoon goed. Die vormelijke en poëtische vindingrijkheid bereikt haar hoogtepunt bij het verschijnen van Hamlets vader: het witte zeil dat het toneel bedekt, wordt op dat moment tot in de nok gehesen, wat een monumentaal gedrapeerd effect oplevert.
Maskerade van het patriarchaat
Door de klassieke codes om te buigen, vindt Houbrechts haar aanknopingspunt en puurt ze uit het familiale psychodrama de meest uitgesproken narcistische en destructieve neigingen van onze tijd. Ze steekt de draak met de almachtige mannelijkheid, kiest partij voor Gertrude en staat uitdrukkelijk aan de kant van de vrouwen, die zegevierend uitgebeeld worden tegenover de maskerade van het patriarchaat. De wraakzuchtige waanzin van Hamlet, een voorloper van de klokluiders, is van hetzelfde kaliber als het verval van de huidige wereld: hoewel er vier eeuwen voorbijgegaan zijn, staan existentiële kwellingen en machtspelletjes nog altijd op de voorgrond.
← Ga terug